Vraag over bijtelling speelt na afloop van periode van 60 maanden
Die vraag over de bijtellingskorting doet zich voor bij occasions, maar ook als de oorspronkelijke eerste berijder van zo’n elektrische auto na afloop van de eerste 60 maanden in zijn of haar auto blijft rijden.
Belangrijk hierbij is dat je je realiseert dat het bijtellingstarief op een gebruikte elektrische auto wordt berekend op basis van het standaard autokostenforfait minus een korting voor auto’s met een CO2-uitstoot van 0 gram per kilometer.
Uitgangspunt is standaard autokostenforfait: 22% of 25%
Allereerst is het daarom belangrijk wat het standaard autokostenforfait is. Vanaf 2017 geldt een forfait van 22% van de catalogusprijs. Echter, auto’s met een Datum Eerste Toelating van uiterlijk 31 december 2016 houden op grond van artikel 36c Wet LB als uitgangspunt een forfaitair percentage van 25%. In het arrest van 11 januari 2019, ECLI:NL:HR:2019:1 heeft de Hoge Raad bevestigd dat van de keuze van de wetgever om deze overgangsregeling in te voeren, niet kan worden gezegd dat deze van redelijke grond is ontbloot. Van een in de wet opgenomen ongeoorloofde ongelijke behandeling is daarom geen sprake.
18% korting geldt over eerste € 50.000 catalogusprijs
Na vaststelling van dit percentage (22% of 25%) is de korting van belang. Nu we hier kijken naar auto’s waarvan de eerste periode van 60 maanden uit de overgangsregeling van artikel 13bis, lid 18, Wet LB verstreken is, geldt hiervoor de huidige wettelijke korting. Dat wordt dan jaarlijks bekeken. Deze korting bedraagt in 2019 op grond van artikel 13bis, lid 2, Wet LB 18% van de cataloguswaarde van de auto. Daarbij geldt vanaf 2019 ook een maximering van deze korting op € 9.000, behalve als het een waterstofauto betreft. Oftewel: de 18% korting geldt slechts over de eerste € 50.000.
Kijken we concreet naar de huidige bijtelling op een elektrische auto van 60 maanden of ouder, dan betekenen deze wettelijke bepalingen en het arrest van de Hoge Raad dat het forfait waarop de korting wordt toegepast na afloop van de 60-maandsperiode niet naar 22% gaat, maar 25% blijft. Daarop wordt dan een korting van 18% van de catalogusprijs toegepast. De bijtelling wordt dan 7%, met dien verstande dat dit tarief in 2019 alleen geldt over de eerste € 50.000 catalogusprijs. Over het eventuele meerdere geldt dan een bijtelling van 25%.
Merkwaardige uitkomst …
De toch wel enigszins merkwaardige uitkomst hiervan is dat op een nieuwe elektrische auto (“EV”) een bijtelling van 4% geldt over de eerste € 50.000 en 22% over het meerdere, maar op een gebruikte EV een bijtelling van 7% over de eerste € 50.000 en daarboven 25%. In beide gevallen worden die percentages berekend over de nieuwprijs van de auto zolang deze nog geen 15 jaar oud is. Dat is inmiddels in de Tweede Kamer ook onderkend. Er ligt nog een aangehouden motie om de ‘youngtimerregeling’ open te stellen voor EV’s ouder dan 5 jaar. De bijtelling kan dan berekend worden over de werkelijke waarde. Dat zou een mooie stimulans zijn om dergelijke auto’s in Nederland te houden, waar ze nu vaak geëxporteerd worden.
Wet Uitwerking Autobrief II / concept Klimaatakkoord
Tot slot nog een opmerking over het soms gehoorde verhaal dat er na 2020 geen bijtellingskorting voor EV’s meer zou bestaan. De achtergrond daarvan is dat er via de Wet Uitwerking Autobrief II regelingen zijn getroffen voor stimulering van milieuvriendelijke auto’s voor de jaren 2017 tot en met 2020. Voor de jaren daarna is echter al nieuwe wetgeving in voorbereiding. Zo is in het concept Klimaatakkoord opgenomen dat er de komende jaren een verlaagde bijtelling voor nulemissieauto’s blijft. Het voorstel is een bijtelling van 8% (over een catalogusprijs van maximaal € 50.000) in 2021 en 2022, 10% vanaf 2023 en 2024 en daarna doorstijgend naar 20% in 2030. Dat moet nog worden uitgewerkt en daar komen we ongetwijfeld nog op terug!
Mocht u overwegen om als werkgever uw werknemers een elektrische auto van de zaak aan te bieden als secundaire arbeidsvoorwaarde, neem dan voor vragen gerust vrijblijvend contact op.