Op 29 mei 2020, ECLI:NL:HR:2020:970, oordeelde de Hoge Raad over de vraag of het innemen van een bepaald (onderbouwd) standpunt door een belastingplichtige met betrekking tot feiten ook een zogenaamd pleitbaar standpunt op kan leveren. Het al dan niet pleitbaar zijn van een standpunt is namelijk relevant voor de omkering van de bewijslast (en uiteraard ook de vergrijpboete).
De casus voor Hoge Raad
In dit geval ging het in grote lijnen om de waardering die een werknemer had gegeven aan door hem in het kader van zijn baan verkregen certificaten. Deze waarde was in zijn beleving verdedigbaar gelijk aan zijn verkrijgingsprijs. Derhalve maakt hij geen vermelding
van enig loon in natura in zijn aangifte inkomstenbelasting.
Het oordeel van de Hoge Raad
De Hoge Raad oordeelde op 29 mei 2020, ECLI:HR:2020:970, uiteindelijk dat een eigen (onderbouwde) beoordeling van feiten geen pleitbaar standpunt oplevert. Een pleitbaar standpunt is alleen van toepassing bij een bepaalde interpretatie van het (belasting)recht. Dit betekent dat de werknemer zal moeten bewijzen dat de door hem gehanteerde
waarde juist is (en niet belastingdienst de door hem voorgestelde waarde). Verder loopt werknemer nu de kans op een vergrijpboete als hij hierin niet slaagt. Het leveren
van keihard bewijs voor een bepaalde waarde is natuurlijk zeer lastig, zo niet onmogelijk.
Heeft toelichting geven bij aangifte zin?
Het is de vraag wat het oordeel van de Hoge Raad zou zijn geweest als werknemer wel melding van de transactie had gemaakt in zijn aangifte inkomstenbelasting.
De werknemer had het genoten voordeel dan bijvoorbeeld op EUR 1 moeten stellen, waarna hij dat standpunt in de aangifte kan voorzien van een toelichting. Of hij
vervolgens in de aangifte daaromtrent een expliciet standpunt van de belastingdienst verlangt was in de aangifte inkomstenbelasting destijds geen aan te vinken optie.
Als de uitspraak van de Hoge Raad zoals die er nu ligt echter consequent wordt toegepast, zou zelfs deze praktische handelwijze de werknemer niet helpen omdat dit hem geen pleitbaar standpunt op kan leveren. Dan zou werknemer dus een maximale waarde in zijn eigen aangifte moeten opgeven en daartegen bezwaar moeten maken. Hoeveel die maximale waarde dan zou moeten zijn, is natuurlijk ook een heel lastig punt, zo niet onmogelijk om vast te stellen.
Het enige alternatief voor het voorkomen van downside risk zou dan dus het voeren van vooroverleg met de fiscus zijn, althans dat lijkt helaas een pleitbaar standpunt.
Mocht u cliënten hebben waarvoor bij de Belastingdienst een discussie loopt over de vraag of er al dan geen sprake is van een pleitbaar standpunt, neem dan contact met mij op. Samen met u kunnen we dan bekijken waar de kansen precies liggen.